info

3-5-1969

De Koerier

Mildam-Katlijk verontrust: "Algemeene Friesche” wil stuk dennenbos neerhalen


F. Boersma van prov. waterstaat: wat willen ze, dat bos ligt in beschermd gebied.

(Van een onzer verslaggevers)

MILDAM-KATLIJK - Het merendeel van de inwoners van Mildam en Katlijk is ongerust. Ze zijn bang dat beide dorpen binnenkort onherstelbaar in hun landschappelijke schoonheid worden aangetast. Die angst is geen loze angst. Voorzitter Lammert Brouwer van Plaatsehjk Belang Mildam meent wat hij zegt: „Als wij dit kwijtraken, valt er een gat in onze omgeving" Het gaat hierom: de verzekeringsmaatschappij Algemeene Friesche wil een stuk dennenbos kappen en daarna ontgronden. Het bos is eigendom van de maatschappij, en ligt op Katlijks grondgebied tussen de Bisschoplaan en de Breedsingel, achter de boerderiien van de veehouders A. Jacobi en Joh. Trinks aan de Schoteriandseweg.

Mooie ligging

De heer Brouwer, die zegt in deze kwestie ook te kunnen spreken namens collega Cornelis de Kroon van Plaatselijk Belang Katlijk, zet uiteen: "De dorpen danken hun mooie ligging aan de natuur. Bos, heide, petgaten, ze sluiten hier op elkaar aan. Het dennenbos is ons inziens niet weg te denken uit het landschap. Het is een schakel in de zandrug van Oranjewoud. Katlijk en Oldeberkoop."

Al lange tijd zijn er in Katlijk ontgrondingen aan de gang. Waar draglines en zandauto's zo langzamerhand een "vertrouwd" beeld zijn, wordt het hooggelegen weiland (óók van de Algemeene Friesche) een metertje naar beneden gehaald. Het zand - want daar draait de zaak in hoofdzaak om - tegen een lief prijsje aan derden geleverd, ten behoeve van bestemmingsplannen en zo voort.

Onrust per brief

De heer Brouwer vertelt, dat Plaatselijk Belang in de herfst van '68 al brieven naar onder meer It Fryske Gea en Staatsbosbeheer heeft gestuurd. Hierin stond dat de mensen in Katlijk en Mildam verontrust waren over de plannen om het bos neer te halen, en dat zij niets liever wilden, dan dat het ongemoeid zou worden gelaten.

De PB-voorzitter merkt op dat de Sport- en Recreatieraad Heerenveen achter het streven van de beide dorpen staat, en dat deze kwestie ook in de Stichting  Kern Heerenveen ter sprake zal worden gebracht.

Om de mening van de mensen uit de streek nog eens duidelijk te onderstrepen, schrijven PB Mildam en PB Katlijk dezer dagen wederom brieven. Eén naar Staatsbosbeheer, één naar Provinciale Waterstaat en één naar het Provinciaal bestuur.

Plaatselijk Belang: straks gat in onze omgeving

Bos uitgeleefd

De heer H. Sinnema uit Beetsterzwaag, rentmeester van de Algemeene Friesche, behartigt (financieel) deze bos-kwestie voor zijn maatschappij. Hij wordt nogal eens afgeschilderd als een man, die geen boom laat staan als er geld aan te verdienen is, maar daar denkt hij zelf anders over:

"Ik ben een echte natuurman, maar dat grove dennenbos is niet in zo'n beste staat, dat zei Vlieger ook. Het is uitgeleefd. En die onrust bij de mensen, daar weet ik van, maar dat is toch niet niet meer dan een glas water. Wij zijn nu met die ontgrondingen daar zowat aan het bos toe. Maar nu moeten we eerst nog een vergunning van Staatsbosbeheer hebben om te mogen kappen. En dan moet de provincie (Waterstaat) inzake de ontgrondingsverordening nog een vergunning verstrekken."

Gaat de Algemeene Friesche dus toch kappen? Sinnema: "Er ls geen sprake van, dat wij daar de hele boel met dischte ogen kaal kappen. En trouwens, we moeten alles compenseren, volgens de wet moeten we er weer jonge bosaanplant tegenover stellen."

Goeree-Overflakkee

Ook al klinkt dit alsof Mildam-Katlijk over enige tijd een schitterend fris en jong wandelbos zou hebben, de werkelijkheid is, dat die compensatie niet beslist hier, maar bij wijze van spreken wel op Goeree-Overflakkee gerealiseerd mag worden. Hier laat de wet alle ruimte. En wat de vergunning van Staatsbosbeheer betreft, er rust op dit soort karweien alleen een meldingsplicht. Alléén de minister kan daarna bezwaren tegen de plannen maken. In de praktijk gebeurt dat vrijwel niet. Zeker niet, aldus Staatsbosbeheer in Leeuwarden, als het gaat om een geval zoals dat in Katlijk-Mildam. Dit betekent, dat de Algemeene Friesche dan ongehinderd zijn gang kan gaan.

En denkt de Algemeene Friesche. dat de provincie (waterstaat) de vereiste vergunning voor het ontgronden zal afgeven? Sinnema: "Ik dacht van wel."

Geen toekomst

Ir. J. Vlieger uit Beetsterzwaag, houtvester bij Staatsbosbeheer kantoor Leeuwarden, is ook wel op de hoogte van de mening in Mildam en Katlijk. Hij zegt: "De Algemeene Friesche heeft wel gepolst naar ons standpunt, maar de melding heeft formeel nog niet plaatsgehad. Maar het lijkt me wel een bekeken zaak. Het zijn daar dooie en slechte bomen. Ze hebben als bos geen enkele toekomst meer. Landschappelijk vinden wij het bos, zoals het nu is, nauwelijks van belang. Op zichzelf is er geen redelijk argument tegen de velling van de bomen te bedenken." De heer Vlieger maakt verder duidelijk, dat men in zijn kringen vindt dat het bos in de huidige toestand te steil ("als een eiland") uit het weiland oprijst, dat door de ontgrondingen ineens veel lager is komen te liggen. En dat het voor de hand ligt het bos nu óók te ontgronden.

De heer Brouwer van PB Mildam: "Het is toch een koud kunstje om de overgang weiland-bos glooiend te maken. Met behulp van lage inplant zou er dan een mooi geheel van te maken zijn."

Met hand en tand

Eén van de mensen-met-invloed, die het vrijwel eens is met het standpunt van de bevolking van Mildam-Katlijk, en de heren Sinnema en Vlieger tegenspreekt, is de heer F. Boersma uit Oranjewoud, districtshoofd van Provinciale Waterstaat in Heerenveen.

Deze zegt: "De Algemeene Friesche heeft nog geen vergunning bij ons aangevraagd, maar ik kan nu wel zeggen, dat mijn advies negatief zal zijn. Ik ben er met hand en tand op tegen dat het stuk bos wordt weggehaald. Het ligt nota bene ook nog aan de Friese Woudenroute."

Beschermd gebied

De heer Boersma zegt, dat Provinciale Waterstaat er niets aan zal kunnen doen, wanneer Staatsbosbeheer een "kapvergunning" zou afgeven. Maar voor de ontgrondingsvergunning moet de aanvrager, de Algemeene Friesche, bij Waterstaat zijn. Boersma: "En als ze zonder vergunning mochten gaan beginnen, dan zet ik de ontgrondingen daar stop. Dan sla ik goed op de trom, bij gedeputeerde staten, en bij wie dan ook, daar moet men alvast rekening mee houden." Op de valreep deelt de heer Boersma nog een onderdeel van deze hele affaire mee, dat van doorslaggevende betekenis kan zijn, maar dat niet direkt bij alle betrokkenen bekend zal zijn. Hij licht toe, dat het bos bij Katlijk-Mildam in zogenaamd "beschermd gebied" ligt Er is een register, waarin gebieden uit het hele land staan geregistreerd, waar niemand zonder toestemming "van hogerhand" aan mag komen.

Niet voor de grap

En inderdaad: in het "Ontwerp definitieve lijst van beschermde gebieden in Friesland," samengesteld door de Provinciaal Planologische Dienst (PPD) en het Friese consulentschap van Staatsbosbeheer, staan de gegevens. In deze lijst staat: "Het bosgebied bij Katlijk: dennenbos, hakhout met opgaande eiken en zware houtwallen." (L, N). Dat dit bosgebied, waartoe het omstreden stuk dennenbos behoort, niet voor de grap in deze lijst is opgenomen, blijkt uit de toevoeging van de letters L en N. Ze betekenen: zowel Landschappelijk als Natuurwetenschappelijk van belang.

Lees dit en meer in de Friese Koerier van 3 mei 1969 op Delpher >>

Bijschriften:
foto1: Op de voorgrond een deel van het ontgronde weiland, aansluitend de steile wand waarover in het artikel wordt gesproken, en links op de achtergrond het bos, dat volgens de bewoners van Mildam en Katlijk moet blijven bestaan
foto2: Gezicht op het dennenbos bij Katlijk, dat volgens de zinnen van de Algemeene Friesche moet verdwijnen
foto3: Deze foto is genomen in Brongergea (Oranjewoud). Op de dragline enkele personeelsleden. V.l.n.r. Harmen Boelsma,?, Johannes an Oosten, Gerrit Duiker en de machinist Eelke van der Heide. Er zijn ook hier percelen afgegraven. Hier doorgrondbedrijf Ruurd Hoeksma ten noorden van de Belvedère. Je kunt zien dat het aansluitende park van Oranjestein veel hoger ligt. Tijdens de uitvoeringsperiode woonde Eelke van der Heide met zijn gezin ter plaatse in een salonwagen.
 Reactie's
Katlijk 14:12 23-12-2022
Harry Koenen (Katlijk)
Tjeabele Hoekstra (via FB)
reactie op: Mildam-Katlijk verontrust: "Algemeene Friesche" wil stuk dennenbos neerhalen
Onder andere zijn in Katlijk veel hoge zandgronden afgegraven in de 60er jaren om zo betere landbouwgronden te verkrijgen, het zand werd onder andere voor het het bestemmingsplan "de Heide" gebruikt.
Er is zand afgegraven tussen de Breedsingel/Bisschoplaan/Schoterlandseweg, en ten oosten van de Breedsingel en aan de noordkant van de W.A.Nijenhuisweg. Wij woonden zelf op no. 27 aan de W.A.Nijenhuisweg en ik was toen een jaar of 8 denk ik toen ze bij ons hebben afgegraven. Ik ben de naam van de aannemer even kwijt, maar ze reden in oude GMC kiepers die uit de 2e wereldoorlog kwamen.
Beste Tjeabele,
Ik bezocht de site en kwam dit bericht uit 2021 van jou tegen en kan je het volgende antwoorden:
Het aannemersbedrijf met de GMC's, Amerikaanse legertrucks, was De Vries uit Joure. Volgens mij minimaal 3 GMC's en van de chauffeurs ken ik bij naam Hotze en Nico.
Verder was er nog een transportbedrijf De Boer uit Meppel, destijds gevestigd aan straat De Boompjes. Die reden ook met oude legertrucks, twee rode, een blauwe en een roestbruine. Bij enkele stond REO op de motorkap.
Chauffeurs waren Thomas, Willem, Menno en Hendrik.
Zelf reed ik vaak mee na schooltijd of in de vakanties om vracht zand weg te brengen naar nieuwbouwwijk De Akkers Heerenveen. Hendrik was de vaste chauffeur voor mij. Er waren wel meer jongens die meereden.
20:10 18-10-2021
Hendrik de Vries
Ik heb niet kunnen achterhalen waarom men de bosjes ten westen van de Breedsingel indertijd heeft gespaard.
Wel is het zo dat het ontgronden halverwege de jaren zestig door de Provincie werd verboden.
Het landschap rond Katlijk en Oranjewoud kwam vol met gaten te zitten en de waterhuishouding raakte ook ontregeld.
De afgegraven stukken liepen in herfst en winter vaak onder water.
Ook veranderde de manier van zandwinnen, men ging over op het zand uit diepere grondlagen met zandzuigers te halen.
De zuigerplas in de Mildamster polder is hier een mooi voorbeeld van, ooit liepen daar de koeien van mijn vader!
Deze plas en nog een aantal in de omgeving zijn nog steeds in gebruik.
17:09 16-09-2021
Hendrik de Vries
In de jaren 60 van de vorige eeuw vond er veel ontgronding plaats in Katlijk. Als kinderen van een jaar of 10 mochten wij wel vaak meerijden met de vrachtwagen chauffeurs, het zand ging meestal naar Heerenveen. Aannemer Ruud Hoeksma heeft veel van deze ontgrondingen uitgevoerd.
De tweede man van links op foto is volgens mij Jan ten Hoeve, hij woonde aan de Tjeerd Roslaan naast dokter Zeevenhoven, nu huize de Leeuw.
Hij was chauffeur bij Hoeksma, gelukkig staat het bos er nog,!
reactie:
Zou u op een kaart aan kunnen geven waar dit bos precies is? Ik kan er de vinger niet op leggen..
En weet u toevallig ook of er nog een navolging in de krant hierover heeft gestaan? (ik kon niks vinden namelijk ;)
15:09 16-09-2021
Jacob Drost (via FB)
Deze foto staat o. a in het boek "'t Gea fan Bronger" In Bronger Gea zijn diverse percelen afgegraven door grondbedrijf Ruurd Hoeksma. Op de dragline enkele personeelsleden. V.l.n.r. Harmen Boelsma, ?, Johannes van Oosten, Gerrit Duiker en de machinist Eelke van der Heide.
14:09 16-09-2021
Tjeabele Hoekstra (via FB)
Onder andere zijn in Katlijk veel hoge zandgronden afgegraven in de 60er jaren om zo betere landbouwgronden te verkrijgen, het zand werd onder andere voor het het bestemmingsplan "de Heide" gebruikt.
Er is zand afgegraven tussen de Breedsingel/Bisschoplaan/Schoterlandseweg, en ten oosten van de Breedsingel en aan de noordkant van de W.A.Nijenhuisweg. Wij woonden zelf op no. 27 aan de W.A.Nijenhuisweg en ik was toen een jaar of 8 denk ik toen ze bij ons hebben afgegraven. Ik ben de naam van de aannemer even kwijt, maar ze reden in oude GMC kiepers die uit de 2e wereldoorlog kwamen.
 Reageer >>